top of page

WRITING

(At this moment my columns and articles are only in my own language Dutch)

Column |

Dragen of Duwen? |

08/2014 |

Esmarel Gasman

COLUMN | Dragen of Duwen? | 08/2014 | Esmarel Gasman

 

 

Als prille zwangere ging ik, halverwege de negen maanden, goed geconditioneerd op zoek naar een kinderwagen, wieg, box en wipstoeltje. Dat hoor je tenslotte toch allemaal in huis te hebben straks? Dat dacht ik althans totdat ik wat ingelezen raakte in het moederschap. Ik kwam al gauw de mogelijkheid van het dragen tegen: je kind dragen zoals onze voorouders dat deden. En zoals natuurlijk nog steeds veel moeders over de hele wereld doen, waaronder veel Afrikaanse, Aziatische, Zuid-Amerikaanse en ook steeds meer Westerse moeders. Het boek van Jean Liedloff: 'Op zoek naar het verloren geluk' (1986), gaf voor mij de doorslag. Ik raakte onder de indruk van haar bevindingen bij de stam in Venezuela die ze beschrijft, van hoe deze mensen in harmonie en geluk samenleven. Liedloff heeft ze jarenlang bestudeerd en zag onder andere de belangrijke invloed van dragen en samen slapen in de eerste levensjaren.

 

Kun je je voorstellen wat een verschil het maakt voor een kind, of het elke keer als het wakker wordt, warm tegen zijn of haar moeder aan ligt of dat het ontwaakt in zijn of haar uppie, tegen een wieg of wagenrand aan turend? Op zich is er niet direct iets ''slecht'' aan dat laatste, maar kun je je het verschil voorstellen?

 

 â€˜Een kind hoort dichtbij zijn moeder’, dat is meer van deze tijd.'

 

Dragen is oud!

Dragen is een eeuwenoude gewoonte en biedt veel voordelen voor ouder en kind. Als je ervoor kiest om je kind te dragen, geef je het de best voorstelbare, vertrouwde en veilige basis mee. Je baby krijgt de gelegenheid om in een rustig tempo te wennen aan het leven buiten de baarmoeder. Dragen geeft veel geborgenheid en veiligheid: jouw hartslag, stem, warmte en bewegingen zijn dichtbij. Baby's die veel gedragen worden, vertonen op latere leeftijd meer zelfvertrouwen[1] omdat ze zich doorgaans veiliger voelen. Dragen stimuleert mede hierdoor de ontwikkeling van de hersenen[2]. Ook speelt het dragen een zeer belangrijke rol in het hechtingsproces van je kind. Interactie en nabijheid bevorderen deze hechting. Als ouder leer je signalen van je baby beter kennen en interpreteren, waardoor je er beter en eerder op kunt reageren. Als je baby in een wieg ligt ga je sneller aan zijn signalen voorbij. Bovendien zal hij eerst moeten huilen voordat je hem hoort: die energie kan 'ie beter voor het groeien gebruiken. Bovendien wijst steeds meer onderzoek[3] op de emotionele schade die je kindje kan oplopen als je niet naar zijn behoeftes luistert. Dat een kind huilen nodig heeft voor het ontwikkelen van zijn longetjes is dus een venijnig fabeltje, en zwaar gedateerd. 'Een kind hoort dichtbij zijn moeder', dat is meer van deze tijd.

 

Dragen stimuleert de borstvoeding

De nabijheid van je baby bevordert de afgifte van prolactine, het hormoon dat zorgt voor melkproductie. Je kind dicht op je huid zorgt ook voor oxytocine, het hormoon dat de moeder aan een goede melktoestroom helpt en baby en moeder ontspannen maakt. In een doek kan je baby bovendien makkelijker bij de borst om meteen aan te geven wanneer hij wil drinken: dat zorgt voor een gezond evenwicht tussen drinken en melkproductie.

 

'Dragen is een handig alternatief voor geklungel met een kinderwagen.'

 

Het dragen van je kind is superpraktisch

Je hebt je handen vrij, waardoor je ondertussen een heleboel andere dingen kan doen. Denk maar eens aan situaties zoals winkelen, reizen met het openbaar vervoer of een boswandeling. Dragen is hier een handig alternatief voor geklungel met een kinderwagen.

 

Dragen is goed voor de ontwikkeling

Nog een leuke wetenschap: verschillende onderzoeken hebben van 'draagdoekbaby's' aangetoond dat ze minder huilen en meer leren, dat ze sneller socialiseren, slimmer zijn en meer structuur in hun dag hebben (het ritme van moeders of vaders ademhaling, hartslag en lopen kalmeert en reguleert de baby, die zich voor het eerst in een wereld met dag– en nachtschema’s bevindt)[4]

 

Bereid je voor op dragen

Mocht je net als ik voor het dragen kiezen, dan is het is handig om je van tevoren goed in te lezen over wat je kunt verwachten van het dragen. De meeste baby's zullen het bijvoorbeeld gelijk heel prettig vinden in de doek, maar er zijn ook baby's die lijken tegen te stribbelen. Het is dan interessant om te kijken waarom je kind dit doet, aangezien een baby van nature ''huidhonger'' heeft. De meeste draagproblemen kunnen dan ook opgelost worden: een draagconsulent kan hierbij helpen. [LINK naar ‘help mijn baby wil niet in de draagdoek’]

 

In een harmonieuze omgeving, zoals de stam van Liedloff haar onderzoek, bestaan kinderen die niet gedragen willen worden niet. En ja... wij leven in een andere maatschappij, waar natuur, instincten en lichamelijk contact niet bepaald prioriteit hebben. Maar als we willen, kunnen we wel een heel eind komen!

 

[1] o.a http://hetbuideldier.wordpress.com/about/ en http://www.draagdoekconsulenten.nl

 

[2] Sue Gerhardt: 'Waarom liefde zo belangrijk is’

 

[3] Ingeborg Bosch: ‘De onschuldige gevangene’.

 

[4]Andrea Sarvady, Baby-gami, babywrapping voor beginners, BBNC uitgevers, Rotterdam 2009

 

Dit artikel verscheen ook in KiindMagazine: http://kiind.nl/articles/700/Dragenofduwen.html

To see more or discuss possible work let's talk >>
bottom of page